Het hof van beroep van Antwerpen oordeelde in een arrest van 12 juni 2023 dat een autonome wagen behept was met verborgen gebreken en veroordeelde de verkoper tot terugname van het goed en terugbetaling van de koopprijs. Het arrest maakt toepassing van het gemene kooprecht aangezien zowel koper als verkoper een onderneming waren en de partijen zich dus in een B2B-verhouding bevonden. Daarnaast benadrukte het hof het belang van de bewijsmedewerkingsplicht van partijen. Naar aanleiding van dit arrest staan we in een bijdrage gepubliceerd in het Tijdschrift voor Belgisch Handelsrecht uitgebreid stil bij de toepassing van het klassieke leerstuk over verborgen gebreken enerzijds en de bewijsmedewerkingsplicht anderzijds op disruptieve technologieën zoals deze aanwezig zijn in autonome auto’s. In die annotatie hebben we oog voor de toekomstperspectieven die het voorgestelde boek 7 BW biedt én formuleren we enkele aanbevelingen om het contractenrecht future proof te maken en beter af te stemmen op nieuwe technologieën. Hieronder lichten we alvast enkele belangrijke inzichten uit onze bijdrage toe.

Auto’s kunnen steeds zelfstandiger ageren door het gebruik van artificiële intelligentie. Deze autonome rijfuncties bieden heel wat voordelen op het vlak van rijcomfort en kunnen bijdragen tot meer verkeersveiligheid. AI-systemen zijn namelijk geprogrammeerd om een constante stroom aan data te interpreteren en te verwerken zodat de reactiesnelheid van deze systemen doorgaans sneller is dan van de mens. Langs de andere kant worden AI-systemen ook wel eens omschreven als een black box. Door hun zelflerende karakter kunnen ze soms onvoorzienbare beslissingen nemen die de programmeurs van de software niet in de hand hebben.

In de besproken zaak stelde de rechter verschillende intrinsieke gebreken aan het goed vast. Niet enkel de fysieke onderdelen van de auto maar ook geïntegreerde software – zoals de automatische parkeerfunctie en het autopilot systeem – worden immers als inherent aan het goed beschouwd. De rechter oordeelde dat de gebreken verborgen waren aangezien ze slechts na meerdere herstellingen aan het licht kwamen. Verder oordeelde het hof dat de gebreken al minstens in de kiem aanwezig waren op het ogenblik van de risico-overgang aangezien ze zich kort na de levering manifesteerden. Tot slot was de rechter van oordeel dat de gebreken voldoende ernstig waren aangezien ze een invloed hadden op het rijcomfort, de veiligheid en de mogelijkheid om de auto op te laden.

AI-systemen worden gekenmerkt door een zekere complexiteit en ondoorzichtigheid. Naar de huidige stand van zaken kan dan ook beargumenteerd worden dat een gebrek in een AI-systeem per definitie als verborgen kan worden beschouwd, aangezien de koper niet verplicht is om een diepgaand technisch onderzoek uit te voeren bij de levering van het goed.

Eén van de uitdagingen op het vlak van de anterioriteitsvereiste – die stelt dat het gebrek reeds aanwezig moest zijn bij eigendomsovergang – is dat AI-systemen evoluerend zijn. Ze kunnen veranderen en zich aanpassen op basis van nieuwe gegevens en ervaringen. Daarnaast kan een gebrek ook later door een software-update geïntroduceerd worden. Het consumentenrecht vangt dit op met een duurverplichting voor digitale elementen om vrij te zijn van verborgen gebreken.

Het beginsel actori incumbit probatio zorgt voor een zware bewijslast voor aansprakelijkheid in de context van AI. In casu draaide de rechter de bewijslast om als sanctie voor een deloyale proceshouding. Partijen zijn immers gehouden om loyaal mee te werken aan de bewijsvoering en bijgevolg ook de onderzoeksmaatregelen die de rechter beveelt, zoals in casu een deskundigenonderzoek. Deze plicht moet ruim geïnterpreteerd worden. Ze omvat onder meer het verstrekken van bewijsmateriaal, ook al is dit in het nadeel van de verstrekkende partij, en de taak om de bewijsvoering spoedig en efficiënt te laten verlopen.

Net zoals autonome auto’s tegenwoordig nog niet in staat zijn om feilloos hun bestemming te bereiken, hebben ook juridische onderzoekers en practici nog een interessante weg te bewandelen om alle juridische vragen over AI-technologie te beantwoorden. U leest er meer over in de vijfde aflevering van het Tijdschrift voor Belgisch Handelsrecht (zie BOES. A. en KOOLEN, C., “Autonome auto’s: navigeren door het contractuele aansprakelijkheidsrecht” (noot onder HvB Antwerpen 12 juni 2023), TBH 2024, 555-567).

Doctoranda aan het Instituut voor Contractenrecht | Website | + posts
Postdoctoraal onderzoeker CITIP | Website | + posts